dinsdag 5 mei 2009

Vreemdgaan loont....

…. maar vrouwen hebben het voor het zeggen.

In de tropische serre in Azië in Planckendael houden we twee soorten gibbons. Net als in de meeste dierentuinen worden gibbons bijna altijd in paartjes gehouden, met soms één of enkele van hun jongen. We proberen hiermee de natuurlijke groepssamenstelling na te bootsen: één volwassen mannetje, één volwassen vrouwtje en, al dan niet hun nakomelingen. Mannetjes en vrouwtjes komen hun grote liefde tegen wanneer ze uit het oudergezin vertrekken en in hun eentje rondzwerven. Vaak vormt zich dan een langdurige paarband, en het koppel vormt dan een gezamenlijk territorium. Het ideaal van “
Liefde op het eerste gezicht” en “Trouw tot in de dood”. Maar recent onderzoek lijkt er toch op te wijzen dat gibbons het niet zo nauw nemen met de ‘eeuwige echtelijke trouw’.

De meeste primatensoorten vormen sociale groepen van meerdere vrouwen, onder andere omdat ze dan 1) voedselbronnen kunnen verdedigen tegen andere primaten, 2) in groepen een kleinere kans hebben gepakt te worden door een roofdier (“meer ogen zien meer”). Mannen verbinden zich aan zulke groepen opdat ze kunnen paren met de vrouwen in de groep, met als bijkomend voordeel dat ze de vrouwen en jongen kunnen beschermen.

Doordat gibbons vrij gespecialiseerd zijn in hun voedingsgewoonten (rijp fruit), en de verdeling van rijp fruit nogal verspreid is, kunnen vrouwen het zich niet veroorloven om - zoals bij veel primaten wel het geval is - in sociale groepen van meerdere vrouwen te leven, omdat er dan te veel voedselconcurrentie zou optreden. De ander verklaring waarom de meeste primaten in grote groepen zouden leven - namelijk predatievermijding - gaat ook niet op voor gibbons omdat de voordelen van het vermijden van roofdieren niet opweegt tegen de nadelen van het concurreren om voedsel.

Traditioneel worden gibbons gezien als monogame dieren die hun hele leven bij elkaar blijven, en enkel met hun eigen partner paren. Het sociale systeem van gibbons is echter veel flexibeler dan altijd gedacht werd. Sinds een jaar of 10 verschijnen er publicaties waarin gesteld wordt dat gibbons het niet zo nauw nemen met de ‘eeuwige echtelijke trouw’. Langdurige studies (in withandgibbons en siamangs) hebben uitgewezen dat die paartjes niet noodzakelijk levenslang bij elkaar zijn. Volwassen mannetjes verlaten hun partner soms tijdelijk om met andere vrouwtjes te paren. Soms kan het vertrek permanent zijn en er een nieuwe paarband ontstaan, bijvoorbeeld wanneer een vrouwtje in het naburige territorium haar mannelijke partner heeft verloren (ofwel door dood ofwel omdat die man ook vertrokken is). Mannetjes kunnen ook een territorium én een vrouwtje verwerven door binnen te dringen in een naburig territorium en geleidelijk aan het oude mannetje weg te jagen. In die periode kan het vrouwtje zelf met beide mannen paren.

Men veronderstelt dat gibbonmannen en -vrouwen ‘vreemd gaan’, of een geheel nieuwe paarband aangaan om te kunnen paren met een partner van een hogere kwaliteit. Voor mannen loont het bovendien om met meerdere vrouwen te paren omdat hun dat ook meerdere nakomelingen kan opleveren in een korte tijd (de eerste paar jaren na een zwangerschap is een vrouw namelijk niet receptief). Voor vrouwen is het zinvol met meerdere mannen te paren vanuit het perspectief van infanticidevermijding.


Wat is infanticide?
Infanticide, ook wel kindermoord genoemd, is het gedrag waarbij een volwassen dier een van moederlijke zorg afhankelijk jong (een infant) van de eigen diersoort doodt. Infanticide komt voor bij een groot aantal diersoorten waaronder muizen, leeuwen, zebra's, en is veel beschreven voor verschillende primatensoorten. De plegers van infanticide zijn doorgaans de mannetjes.

Waarom plegen mannen infanticide?
Vrouwtjes die hun jongen nog zogen zijn meestal onvruchtbaar, omdat de melkvloed de maandelijkse eisprong onderdrukt. Nadat het infant gespeend is, of als de frequentie van zogen vermindert, komt de eisprong doorgaans weer snel op gang. Ditzelfde effect treedt op als een infant vóór het einde van de speentijd overlijdt, en het vrouwtje is dan binnen de kortste keren weer vruchtbaar. Voor een mannetje dat niet de vader is van een jong kan het dus interessant zijn een zogend kind te doden omdat de moeder dan sneller vruchtbaar is, en hij een eigen jong kan verwekken. Bovendien kan een vrouw ook niet langer investeren in de nakomelingen van een andere man.

Wat doen vrouwen hiertegen?
Voor vrouwen is infanticide altijd nadelig, en vrouwtjes hebben bijgevolg verschillende tegenstrategieën ontwikkeld. Eén van de meest succesvol geachte strategieën bij primaten is vaderschapsverwarring. Deze theorie gaat er van uit dat wanneer vrouwen regelmatig met meerdere volwassen mannen paren, deze mannen geen idee hebben wie de vader is van een jong. En als je niet weet of je wél of niét de vader bent loont het dus ook niet om een kind te doden.




Infanticide komt inderdaad niet of nauwelijks voor bij gibbons, wat er op zou kunnen wijzen dat vrouwen door hun promiscuïteit effectief infanticide kunnen voorkomen. Een andere aanwijzing dat er sprake is van effectieve vaderschapsverwarring is dat mannen - of ze nou wel of niet de vader zijn - op een ‘vaderlijke’ manier met de jongen omgaan. Het feit dat vaders niet weten of een jong nou wel of niet zijn éigen jong is, kan ook verklaren waarom mannen soms niet terugkeren naar hun vrouw, zelfs als hij haar nieuwe partner kunnen zien of horen. Hun jongen worden toch wel verzorgd door die andere man. En zo blijkt dat - ook al gaan de mannen hun boekje te buiten - het uiteindelijk toch de vrouwen zijn die aan het langste eind trekken.

Zjef Pereboom